Zouaaf Theodorus Buijs

Theodorus werd geboren Batenburg op 10 februari 1828 als zoon van de schoenmaker Wilhelmus Buijs (*Batenburg 1769) en Helena Dan (*Demen 1793). Zijn gezin woonde aan de Wal 99 (1860), dit is aan de stadskant van de huidige ringdijk tegenover het oorlogsmonument. Hij diende 5 jaar in het 3e Regiment Infanterie. Hij is in het bevolkingsregister van Batenburg (dat begint in 1850) geregistreerd tussen februari 1852 en november 1855, toen hij, waarschijnlijk na zijn militaire dienst, knecht was bij Willem van Sommere op de Laak, de grootvader van de zouaaf Nol van Sommere. In 1855 vertrok hij vandaar naar Altforst, maar in 1862 was hij weer terug bij van Sommere en werkte er drie jaar als klompenmaker. In februari 1866 vertrok hij naar Brussel waar hij zich aanmeldde als pauselijk zouaaf (matricule-nummer 2585). Hij diende vanaf 24 februari van dat jaar in het pauselijke leger maar overleed al in juni in het militair hospitaal in Villetri aan de pokken. Zijn naam komt voor op een gedenkplaat in de kerk van die plaats.
Al die tijd woonde zijn enige zus Maria (*Batenburg 1821) in de ouderlijke woning aan de Stadswal, eerst als echtgenote van de schoenmaker Gerardus Janssen, later als kinderloze weduwe die haar kost verdiende als naaister. Zij was de laatste vertegenwoordigster van haar familie in Batenburg en overleed in 1906 in een bejaardenhuis in Herpen.
Bronnen:
Zouavenmuseum, Oudenbosch.
Bevolkingsregister Batenburg. huwelijksacte Willem Buijs en Helena Dan d.d. 23 juni 1821.
Burgerlijke stand Batenburg.
Uit het Epos der 3000 Nederlandse zouaven, broeder Christofoor, Nijmegen 1947, pag. 301
Topografische atlas van Batenburg 1832. Willem Buijs bezit een tuin aan de Achterstraat die aansluit bij een woning in bezit van de Erven Derk Dam, de erfgenamen van zijn schoonvader.